Deelenemers; 21
Parcours; Wageningen-Kaag-Wageningen 35.6 gemiddeld (bron; De Christiaan)
Weer; 24 graden, Wind NNW 3 m/s
De Poema lijkt verdwenen. Al 2 weken. En terwijl de autoriteiten zich verbazen, in tenenkrullende domheid, koersen wij. Over een broeierige Veluwe.
Aan kop sleurt Goeroe. Coureur. Als nooittevoren met in zijn wiel de Koning, blij en zonder Kraakster. Ook onder ons; Vrouwtje, ooit Lance. Nu moeder en meer vooraan Zeeuws Meisje samen, met De Chistiaan. Ze heeft krachttraining gedaan en houdt souplesse. .
Twee maal zie ik Zijne Magerheid. Missen. Rakelings, waarbij vooral de oversteek van Piet (ooit Bijna Prof) op weg naar huis je strot dichtknijpt.
Mazzel.
In de heuvelzone vecht ik, Masculin, tegen Dames die in het wiel van Locomotieven bovenkomen. Maar ik ga door, ontploft, in Kunst's wiel en strompel boven naar een bankje. Voor mij geen Kaag.
Dan 10 minuten. Rust, waarna Neef de top rondt, het rooster, met kort daarop Koning, Hoogmoed en de rest.
Naar huis ontwijkt Piet, zoals gezegd Heins' Zeis, waarna Santegoeds meevlucht en ook Vriend en Proffesseur de sprong wagen.
Een weinig later zie ik Neef de 11 zoeken en zenuwachtig bellen. Ruimte !
Ik schakel bij , daar komt ie, maan Cor (ooit Jos van Voorheen Timmermans'Ijzerhandel) tevergeefs en ga mee. In het ontploffende wiel van de Snellerd.
We suizen door de BP bocht maar ik zwem en voel 2 man, maak ruimte.
Even kijk ik in de bloeddoorlopen ogen van de gevende Goeroe, nooit vertoond waarna Cor, onbedaarlijk Kalf, verzaakt, linkebalt en ze met 6 zijn.
Weer wordt Hein ontweken en ook ik worm me, langs hem.
Noch een keer, alles, ram ik door, over de weg, staand en kom tot 15 meter waarna Neef genoeg heeft en de kop neemt. Voor me. En ik afgeef. Het hoofd buig. Wolfheze.
Daar gaan ze; 6 man, 2 man opkomst.
Ik wacht, zet aan en verman terwijl een snakkende Hoogmoed gilt. Zweet parelt, loopt rood aan; draaien !!
Terwijl ik in het wiel duik van de overmijdelijke Kwakkert (Schoen) smeek ik de Kopman om barmhartigheid en beloof te draaien. Later. Met mijn laatste lucht vloek ik Cor uit. Gerechtigheid.
Ik draai mijn beurten (2) kort, laf, maar kan niet meer. Ik wil afgeven, laat lopen maar speur hulp en zie de machtige Koning met in zijn wiel De Christiaan, aandenderen. Nog weer, dan. We zijn met 5.
Telefoonweg volgt. Verloren, ze gaan te hard, de 6. Ook Hoogmoed vloekt nu. Cor. Verdiend.
Waarna we landen, in Renkum waar de Proffeseur won, vanuit Neef's wiel. Klasbak.
Op weg naar huis snipperen we, weer samen en genieten.
Tyd voor wezenlozen.
Tot zover