Het seizoen 2024 – 2025 was voor velen succesvol.
Dit verslag is mogelijk niet helemaal compleet. Mocht je nog aanvullende verhalen hebben of details missen, verkondig die dan via de jouw bekende sociale media of via gewone gesprekken met lotgenoten.
De meeste STW-ers richtten zich op het plezier in het schaatsenrijden mede door beter te worden met trainingsprogramma’s van de trainers. Enkelen richtten zich daarbij ook meer specifiek op het rijden van wedstrijden. Er werd in Utrecht op vrijdag zelfs specifiek in Het Plan aandacht besteed aan snelheid in de wedstrijden onder leiding van drie trainers.
Maar voordat de winter begon werden de eerste prestaties al verricht. Zo stond Robert Braam midden in de schijnwerpers. Hij werd In Rheeze Nederlands Kampioen (KNWU) tijdrijden over 16 km bij de Masters met een gemiddelde van 50,1 km/u. Zie ook: https://stw-site.nl/robert-braam-slaat-weer-toe-op-tijdrijden-masters/
Bij de start van het schaatsseizoen werd meteen duidelijk dat Jolle Landman (R69) zich vrijwel uitsluitende richtte op de schaatsmarathons. Hij werd in het zware Zesbanentoernooi uiteindelijk als 13de na 10 wedstrijden. Op het NK dat verreden werd in Breda werd Jolle 17de bij de 50+. Daar werd Jack Schoenmakers heel netjes 5de bij de 70+. Klaas van der Berg, bereidde zich vooral voor op de MTB op het schaatsseizoen en werd zo mooi 13de bij de 60+.
Baanmarathons Utrecht en Nijmegen
Bij de junioren schaarden Sil Kunst, Mats Kunst en Jonathan Doorduin zich prominent onder de nieuwe STW-wedstrijdrijders. Sil scoorde op jonge leeftijd al een 42,24 op de 500m in Thialf. Mats scoorde daar 2.13.00 en Jonathan reed zijn eerste 3000m in Nijmegen in 4.43.56. Niet alleen de langebaan wedstrijden vonden zij enerverend, waarvoor zij zelfs naar het heilige ijs van Thialf afreisden. Ook het marathonschaatsen trok hun aandacht. Bij het Kampioenschap Oost bleek Jonathan zelfs de sterkste junior B te zijn van Gelderland. Opmerkelijk waren verder de prestaties van Mats op de Nijmeegse ijsbaan, waar hij door zijn onverzettelijkheid vaak voorin eindigde. Ook Bregje Nolten liet zien dat zij een aanstormend talent is die met een PR van 52.11 seconden op de 500m.
De resultaten in de Utrechtse baancompetitie waren weinig florissant dit jaar. Zowel de deelname als de resultaten vertoonden een dalende lijn. Hier en daar werden wat puntjes gescoord in de C2 en C3 categorieën. Aan het eind was Willeke Koers de enige die op het podium stond: ze werd 3e bij de C3 dames.
Mogelijk dat een wat striktere indeling van de rijders in de 4 klassen door de Marathon Commissie de trend kan doen keren.
Foto’s van Utrechtse marathons: Marathonschaatsen Utrecht | Facebook
In Nijmegen was de opbrengst aan medailles een stuk beter. Na 4 baanwedstrijden stonden o.m Arjan Lamaker (2e bij de beginners), Sil Kunst (1e bij de Aspiranten), Petra van Bergeijk (2e) en Gijs van Dorst (1e bij de gevorderden) op het podium.
Foto’s van marathons Nijmegen: Foto’s – De website van Baanvereniging Gelderse Poort
Ook bijzonder waren de prestaties van de Masters. Bij het langebaan rijden plaatsten zes STW-ers zich voor het Nederlands Kampioenschap op 8 en 9 februari in Enschede: Robert Braam (50+), Mark Ooijevaar (40+, Harm Smit (65~+), Jan Heeres en Gijs van Dorst (H35+). Robert Braam reed het allround, haalde 4 afstands medailles op en werd tweede in het eindklassement. Mark Ooijevaar reed het allround en haalde 3 afstandsmedailles op. Opmerkelijk was zijn prestatie op de 5000m waar hij eerste werd met een Baanrecord (TRC). Uiteindelijk werd hij 2de in het eindklassement. Harm Smit reed het allround en haalde 2 afstandsmedailles (1500, 3000m), waarvan die op de 1500m onverwachts opmerkelijk was. Daardoor mocht hij toch de 3000m-slotafstand in het allround-kampioenschap meedoen. Hij werd uiteindelijk 4de.
NK Masters 2025 | 500 | 1000 | 1500 | 3000 | 5000 | Algemeen |
Gijs van Dorst
(HSB) |
40,82 (6) | 2.05,99 (9) | 4.47,61 (14) | |||
Mark Ooijevaar (40+) | 42,28 (9) | 2.02,05 (2) | 4.11,23 (1) | 7.14,16 (TRC)-1 | 124.834 (2) | |
Robert Braam (50+) | 41,72 (3) | 2.06,13 (3) | 4.26,93 (2) | 7.38,52 (2) | 174.103 (2) | |
Harm Smit (65+) | 48,23 (7) | 1.35,18 (6) | 2.23,20 (3) | 4.57,35 (3) | 193.111 (4) | |
Peter Vlaar (65+) | 46,78 (4) | 1.33,56 (5) | 2.27,52 (5) | |||
Jan Heeres (65+) | 5.18,46 (7) |
Aan het einde van het seizoen kon op het laatste moment nog een 5km verreden worden in Nijmegen. Maar liefst 6 lieden stonden te popelen aan de start. Iets wat in geen 8 jaar op deze ijsbaan was voorgekomen. Daar ging het er bij sommigen om, om voor het eerst 5000m hard te schaatsen.
Harm Smit had een andere doelstelling. Hij wilde een baanrecord (TRC) vestigen. Het werd 8.22,87 en reed daarmee het oude record van Ludwig Meijering uit de boeken.
Maar de meest professionele STW-er Mark Ooijevaar (41) was wel heel bijzonder op dreef. Hij reed vaker een TRC op de langere afstanden. Maar bijzonder was dat hij bovendien zijn doel voltooide om op alle Nederlandse banen alle zes officiële afstanden te rijden. Een mooi artikel hierover staat op schaatsen.nl: https://www.schaatsen.nl/nieuws/stempelkaart-is-vol-mark-ooijevaar-reed-alle-afstanden-op-alle-ijsbanen/
Volgend jaar weer een seizoen om verder te slijpen aan de techniek om zo onverwachte prestaties op het ijs neer te zetten.
Dit artikel is geschreven door Harm Smit met aanvullingen en foto’s van Jack Schoenmakers en Robert Braam