Bijzondere prestaties: Jose Koumans-van Diepen loopt de Jungfrau marathon op 9 september 2023

Door José Koumans-van Diepen.

Daar sta ik in het startvak: de tranen prikken achter mijn ogen, bijna moet ik huilen. “Hoe heeft het zover kunnen komen?” denk ik. “Ik ben een kind van het platteland, opgegroeid op een boerderij in het vlakke Noord-Holland”. Er zijn mensen die zijn opgegroeid met vakanties in de bergen, stevige wandelingen maken, dat soort dingen. Zo iemand ben ik niet. Ik heb eigenlijk niets met bergen. Ik heb hoogtevrees. Ik ben een schaatser, al meer dan 25 jaar lid van STW (schaatstrainingsgroep Wageningen), geen hardloper! Hoe dan?

Nou in het kort: 8 jaar geleden, op mijn 50e , wilde ik voor het eerst de Alternatieve Elfstedentocht op de Weissensee gaan schaatsen. Mijn trainer op de sportschool vond het een goed idee voor mijn hart-longfunctie (uithoudingsvermogen) dat ik dan minimaal 1-1,5 uur achtereen kon hardlopen. Dat lukte en bleek waardevol. Vervolgens ging ik ook (kwart)wintertriatlons doen: op het eerste (loop)onderdeel van 10 km zat een tijdlimiet van 1 uur. Oei zo snel lukte het mij nét niet. Ik wilde beter worden en sloot me aan bij de trainingsgroep van Pallas onder leiding van Lydia de Haer. Daar ontmoette ik, zoals Gretha Bouma het altijd zo mooi zegt, “foute vrienden”. Ik ging mijn eerste marathon doen met Karin van de Goot op Terschelling in 2019. Prachtig dus in 2021 nog een keer. En in 2022 weer. Inmiddels had ik Gretha beloofd om haar te vergezellen naar haar 10e Jungfrau marathon mocht het zover komen. En het kwam zover!

 

Terug naar het startvak. Ik sta daar moederziel alleen. De andere dertien andere Palleten die ook de hele marathon gaan rennen staan ergens voor of achter mij. Prima want ik wil focussen. Geen foto’s, geen appjes, eten/ drinken terwijl ik doorloop. Dat heeft Laetitia mijn coach mij op het hart gedrukt. Ja ik heb een (online) coach. Ik vond haar op internet. Ze heeft me vanaf maart begeleid met driewekelijkse trainingsschema’s. Vier looptrainingen per week maar ik mocht er één laten vallen, wat ik dan ook structureel deed. En één van de overige drie verving ik door mijn trainingen op de dinsdagavond bij Pallas. Bleef over de lange duurloop in het weekend en de loopbandtraining op de woensdag. De loopbandtraining was precies wat ik zocht: tussen de 60-80 min per week op de loopband onder een hellingshoek. De hoek kon variëren tussen de 7 en 15 % en ook de snelheid was variabel van wandelen tot rennen, net naar gelang de training. De eerste weken waren goed voor veel spierpijn in mijn kuiten!

Het meisje naast me in het startvak houdt met haar hand het hek vast. Ik kijk haar aan met mijn prikkende ogen: “Erste keer” zeg ik. “Ist gut an die Seite” antwoord ze en ze laat me bij het hek. Ik sta nu ook met mijn hand aan het hek. Het maakt me rustig. De man die met zijn loopmaatje voor mij staat wordt wat nerveus omdat ik ingeschoven ben. Ik leg mijn hand even geruststellend op zijn schouder. Als vier bange kuikens staan we bij het hek. De “Final countdown” schalt door de speakers. Om mij heen steken vele smartphones omhoog uit de deinende massa. Geen foto’s maken José. Mijn pet gaat wel even af als het Zwitserse volkslied klinkt. Dat doen veel lopers dan weer niet. Inmiddels klimmen er enkele minuten voor tijd steeds meer lopers over de hekken. Nou ja! De kuikens houden samen stand tot het startschot klinkt.

De eerste kilometers zijn een showrondje door Interlaken waarbij je na een poosje de startlijn weer passeert. Het gaat lekker vlot voor mijn doen door de snelle lopers om mij heen. Nu al warm. Mijn pet kan eigenlijk wel af maar ik durf het nog niet want ik wil mijn focus houden. Eenmaal Interlaken uit gaat het door het dal langs de rivier. De eerste 26 km tot aan de Muur van Wengen zullen vlak zijn, Zwitsers vlak dan. Palla trainer Moussa Kallo heeft me gezegd dat er best steile stukjes inzitten. En dat je daar ook best kan gaan lopen om zo je benen te sparen voor het echte klimwerk na Lauterbrunnen. Ik kom wel lastig in mijn loopritme. Het feit dat niet iedereen tegelijk gaat wandelen en weer rennen maakt me onrustig. Het asfalt wordt afgewisseld met onverharde Wanderweg. Ik wordt ook een beetje misselijk, nu al. Bijna in Zweilütschinnen (15 km) hoor ik achter mij de opgewonden stem van Gretha: “José!, José!”. Ik steek mijn arm in de lucht en zwaai dat ik haar heb gehoord maar kijk niet om en zeg niets. Gretha komt naast me: “Even samen voor de camera die daar staat opgesteld?” Ik schud van nee, geen foto’s tot na de tweede cut-off in Wixi! Gretha loopt vlot door. Laat maar gaan. Ik zie haar al snel over de brug die over het spoor loopt verdwijnen. Zelf moet ik voor een gesloten spoorovergang wachten. Ik doe mijn pet af en drink en eet wat.

Lauterbrunnen (20 km) baadt al deels in het felle zonlicht. Veel publiek. Muziek. Koebellen. Het overweldigt me. Ik stop kort om te plassen. Daarna kom ik weer lastig op gang: het lijkt wel of er kramp in mijn kuiten komt. Gelukkig wordt hier de bouillon uitgedeeld: ik neem twee bekers en een gel. Nu het lusje van bijna 6 km voorbij en terug naar Lauterbrunnen. Het gaat te langzaam naar mijn zin over de stoffige warme wegen. Ik raak achter op mijn schema van 26 km binnen de 3 uur. Dat geeft onrust.

Ineens realiseer ik me dat ik voor de Muur van Wengen sta. “The Wall” van Pink Floyd klinkt. Het gaat beginnen. Haarspeldbocht na haarspeldbocht slingeren we omhoog. Lopers blijven staan in de bochten, hangen over de relingen om op adem te komen. Mijn benen voelen goed en mijn adem is onder controle. Ik haal regelmatig andere lopers in en wordt zelf nagenoeg niet meer ingehaald. Een goed teken. Bovenaan een zoute gel. De vrijwilligster scheurt hem voor me open en geeft een tweede gesloten mee: “to go”.

Vrolijke muziek in Wengen: hier is de eerste cut off. Het is bijna kwart voor één. Twaalf minuten “over”. Dat betekent dat ik nog ruim 1,5 uur over heb voor de 7,9 km naar de tweede en laatste cut off in Wixi. Mijn man staat in de verte te zwaaien met de gewenste boterhammen met smeerworst. Ik neem ze zwijgend maar dankbaar in ontvangst. Hij zegt dat ik op schema zit. Het is nog haalbaar. Dus zonder echt te stoppen ga ik door. Onderweg loop ik steeds te rekenen: met tot Wixi alleen maar powerwalken ga ik het niet redden. Op de minder steile stukken zal ik moeten rennen. Dat doe ik dan ook. Dit heb ik ook getraind op de loopband dus mijn benen vinden dit heel bekend.

“Geht es gut?” klinkt het naast me. Een man in een Finisher 2022 shirt kijkt me aan. “Ja aber ich mache mir Sorge über die Cut off. Gehen wir das holen”. De man blijkt Bouke uit Nijmegen, loopt voor de 9e maal, heeft een vakantiehuis in Wengen en kent de omgeving als zijn broekzak. Een geschenk uit de hemel, mijn eigen haas! Met Bouke naast me wordt ik iets rustiger en durf zelfs voorzichtig om mij heen te kijken als de Eiger, Mönch, de Jungfraujoch en Jungfrau in zicht komen: indrukwekkend mooi die besneeuwde hoge bergtoppen. Zeker met het huidige zonnige weer. Maar ik blijf in focus: geen foto’s, doorgaan! De kilometers vliegen voorbij terwijl we gezellig praten over onze achtergrond (hij studeerde in Wageningen), sport (houdt ook van schaatsen), motorrijden en over alles wat er onder weg nog komt en al te zien is.

En dan wijst Bouke mij boven ons het 38,5 km punt aan. Een toeschouwer komt naar beneden: “Noch fünf minuten!” De schrik slaat even toe: “Wat bedoelt ze? Nog vijf minuten voor sluiting van het checkpoint? Of nog vijf minuten lopen?”. Een klein schepje er boven op en inderdaad binnen vijf minuten passeren we de tweede en laatste cut off in Wixi. Het voelt of er 200 kilo van mijn schouders wordt genomen. Ik voel me uitzinnig blij en opgelucht. Ik vraag aan Bouke of even kunnen stoppen om even rustig rond te kijken en voor een foto. Natuurlijk. “En als ik toch niets beters heb te doen die dag. Zullen we dan samen naar de finish lopen?” vraagt Bouke. “Ja zeker!” antwoord ik. Gezellig. Ik heb er zin in. Mijn benen en lijf voelen lekker fris.

Het is een machtig mooie klim die laatste 4 km naar de Eigergletscher. We gaan een stuk door het bos via een soort natuurlijke steile trap van boomwortels en stenen. Daarna over een bergweg met keien. Af en toe halen we wat mensen in. Onderweg drinken we cola bij de verzorgingsposten. Caffeïne & adrenaline:  dat wordt de hele nacht wakker blijven! En dan is daar het pad langs de morenen. Het is breder dan ik dacht. Korter ook. We horen de Schotse doedelzakken. Ik mag Bouke even vasthouden om naar ze te kijken want op deze steile hellingen heb ik liever wat houvast met mijn hoogtevrees. Bij de doedelzakspelers gaan we naar links en dan zien we voor ons de Kleine Scheidegg met het meertje. We worden over een obstakel (achteraf “De Steen”) geholpen door vele handen van vrijwilligers. Er reiken ook handen met borden vol gedroogde abrikozen en chocolade naar ons uit. Heerlijk!

Dan een steil pad naar rechts naar het begin van de rode loper die naar de finish leidt. De finish zelf is nog niet zichtbaar, zo steil. We klimmen over de rode loper omhoog, de gletscher aan onze rechterzijde. De “Walk of Fame”. Hiervan wil ik genieten. Ik zwaai naar iedereen achter de hekken en werp zelfs hier en daar een kushandje. Het publiek geniet ook zichtbaar van deze interactie. Ik ontdek mijn man zo’n 25 meter voor de finish. We zwaaien. Als we genaderd zijn, daagt Bouke mij uit voor een eindsprint. Met plezier ren ik omhoog, over de finish, handen in de lucht.

In de loperzone over de finish is het groot feest: medaille, finisher Tshirt, bidon met hersteldrank, alcoholvrij bier en een Linzertorte. De lopers zitten op de vele bierbanken in de zon of lopen rond om elkaar te feliciteren. Ik ontwaar Gretha die 7 minuten voor mij is gefinished. Bouke en Gretha blijken oude bekenden: in 2022 waren zij samen opgelopen.

Ik zie alle andere Palleten en de klimaatwetenschappers uit Wageningen met Casper Helling zijn ook gefinished. Omdat het zo uitzonderlijk warm is daar boven hebben we geen haast om weg te gaan en zien ook de laatste loper finishen. Gretha heeft wel een tijdsdruk: beneden in Grindelwald is ze uitgenodigd voor een huldiging omdat ze voor de 10e keer is de Jungfrau marathon heeft gerend. Dan wordt het tijd om met de gondelbaan naar beneden te gaan. Een hele belevenis voor het kind-van-het-platteland-met-hoogtevrees maar wel genieten. Beneden in de Terminal neem ik een douche in de parkeergarage zodat ik daarna kan genieten van een gratis massage. Ondertussen brengt mijn man een groepje Palleten terug naar de camping. Ik wacht op hem in de avondzon achter de Terminal. In mijn gedachten loop ik de marathon opnieuw. Ik heb gewild, getraind en gekregen. Het voelt als genade. Ik ben heel blij en voldaan.

 

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.